Ook in het derde jaar van het goudconvenant wil het maar niet vlotten. Er wordt enige vooruitgang geboekt, maar de belangrijkste doelen worden niet gerealiseerd. Zo zijn er geen nieuwe partijen aangesloten bij het convenant, blijft transparantie in de goudketen een pijnpunt en is de inkoop van goud uit verantwoorde kleinschalige mijnbouw nog ver weg. Met alleen vrijwillige maatregelen van de goudsector worden de nijpende problemen in de goudmijnbouw niet opgelost. Solidaridad pleit nu voor aanvullende verplichtende maatregelen.
Onderzoek effectiviteit convenanten
Het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT) deed onderzoek naar de effectiviteit van de convenanten en kwam met opvallende conclusies over het goudconvenant:
- Er wordt vooruitgang geboekt in verslaglegging over gepaste zorgvuldigheid (Due Diligence) maar het gaat traag. Daardoor blijft transparantie over de herkomst van goud voorlopig een illusie.
- Een groot deel van de sector doet niet mee en er is geen strategie om te zorgen dat ze dat alsnog gaan doen.
- Er is een gedragscode van de brancheorganisaties Federatie Goud en Zilver (FGZ) en het Nederlands Gilde voor Goudsmeden (NGG) voor kleinere bedrijven die met goud werken, maar er is geen zicht op de implementatie en naleving van die code door deze kleinere bedrijven.
Belangrijke aanbevelingen uit de evaluatie worden nu opgepakt door de partijen in het goudconvenant zo blijkt uit het jaarverslag van het goudconvenant.
Gepaste zorgvuldigheid om misstanden op te sporen
Gepaste zorgvuldigheid (due diligence) gaat over het in kaart brengen van de toeleveringsketen, het inschatten van de risico’s voor mens en milieu in de keten en over de beste aanpak om de kans op misstanden te beperken. De convenantpartijen boeken vooruitgang op dit punt. Er zijn nu negen deelnemers (vorig jaar vijf) die voor het jaar 2019-2020 een verslag hebben gemaakt. De kwaliteit van de verslagen wordt beter zoals bijvoorbeeld het verslag van Closing the Loop. Uit het jaarverslag blijkt ook dat drie deelnemers nog helemaal niet rapporteren over gepaste zorgvuldigheid: Coolrec, Royal Asscher en Peter Bruining. Waarom niet, dat wordt niet duidelijk.
Het maken en publiceren van een jaarlijks voortgangsverslag is een verplichting die uit het convenant voortvloeit. En dat is niet voor niets, want zolang onduidelijk is waar het goud op de Nederlandse markt vandaan komt, kunnen misstanden in de toeleveringsketen ook niet worden aangepakt.
Aanvullende maatregelen noodzakelijk
Voorbereid zijn op wetgeving? Meepraten over nieuwe regelgeving? Dat zijn goede redenen voor bedrijven om deel te nemen aan het convenant. Het kabinet nam in het najaar van 2020 een helder besluit: Die bindende regels komen eraan, want uitsluitend op basis van vrijwilligheid gaan we de doelstellingen niet halen. Daar wil je als sector en bedrijf maar liever op voorbereid zijn. En als het even kan over meepraten. Dan is het voor de brancheorganisaties wel zaak om kansen te grijpen, de achterban mee te laten doen en een motor voor verandering te zijn. De minister die regelgeving gaat voorbereiden, zal immers juist een voorbeeld nemen aan wat voorlopers in de sector laten zien.
Europese regelgeving is per 1 januari 2021 al aangescherpt. Maar het zal niet genoeg zijn. Gelukkig is er meer mogelijk. Een slimme beleidsmix zoals Solidaridad die heeft geformuleerd zet de belangen van mijnbouwers en het milieu voorop. Zulk beleid stelt een norm, stimuleert duurzaam handelen en zorgt voor draagvlak in de gehele keten. Het is nu de hoogste tijd voor slim Nederlands beleid, aanvullend op Europees beleid, inclusief wet en regelgeving, die de goudsector transparanter maakt en zorgt voor een gelijk speelveld en meer invloed op de toeleveringsketen. De deelnemers in het goudconvenant zullen beter zijn voorbereid op nieuw beleid dan de rest van de sector.
Meer draagvlak in de sector
Waarom sluiten nieuwe partijen niet aan? Is er dan geen voordeel te halen voor bedrijven in het convenant? Wat zou dat voordeel kunnen zijn?
Samen sta je sterker. Dat geldt zeker voor complexe internationale toeleveringsketens, zoals die voor goud. Door het grote aantal partijen in die lange ketens is de invloed van een enkel bedrijf beperkt. Maar als je als inkopende partijen samen optrekt, groeit je invloed. Het KIT concludeert dat de convenanten voor de textiel- en foodsectoren voortgang boeken in het bundelen van de krachten. Want als alle supermarkten hun invloed bundelen om de problemen in de bananenproductie aan te pakken, is de kans een stuk groter dat er positieve invloed kan worden uitgeoefend. Juist in de relatief kleine Nederlandse goudsector is het dus cruciaal dat meer partijen aansluiten. De brancheorganisaties FGZ en NGG moeten de druk op hun leden opvoeren om deel te nemen aan het convenant. Want een verdeelde sector is een zwakke sector.
Er is ook een rol weggelegd voor beleggers in goud en consumenten die sieraden kopen. Solidaridad zal een beroep blijven doen op consumenten en beleggers om een bijdrage te leveren aan een verantwoorde goudsector. Door vragen te blijven stellen over de herkomst en omstandigheden waaronder goud is gewonnen. Natuurlijk trekt dat ook de aandacht van de media.
De publieke druk van burgers en de media zal alleen maar toenemen. Dus zal ook het handelen van iedereen die met goud werkt, op een goudschaaltje worden gewogen. Vooruitziende ondernemers die sieraden van goud of beleggingen in goud verkopen willen zeker weten dat het goed zit. Want als je geen onderbouwd verhaal hebt over de herkomst van je goud, kan dat funest zijn voor je reputatie.
Heske Verburg, directeur
Boukje Theeuwes, hoofd beleidsbeïnvloeding