De positie van vrouwen in de koffieproductie verbeteren én die productie zelf vernieuwen – het klinkt als een flinke opgave in het conservatieve Honduras, maar voor de jonge Angélica Paz is het een uitdaging die ze dagelijks vol energie en optimisme aangaat. Al is het af en toe nog even wennen: ‘Sommigen vroegen zich af wat ze ermee aan moesten!’ lacht Paz.
Tekst: Jan-Albert Hootsen, gepubliceerd in de Vice Versa Power of Voices magazine special (juni 2024).
Angélica Paz zit niet graag stil. De voormalig projectmanager van Capucas, een coöperatie van koffieboeren in het westen van Honduras, heeft in het hoofdcomplex een eigen kantoor, maar is vaker buiten dan binnen te vinden. ‘Ik ben graag met van alles en nog wat bezig en er is ook altijd wel iets te doen’, lacht ze. ‘Als ik met het ene project klaar ben, ga ik meteen door naar het volgende.’
De goedlachse Paz, nog geen 30 jaar oud, is de spil in het groeiende succes van wat officieel de Cooperativa Cafetalera Capucas Limitada (COCAFCAL) heet, maar door iedereen hier gewoon Capucas of la cooperativa wordt genoemd. Het is in 1999 opgericht als een initiatief om lokale koffieboeren in de regio Copán samen te brengen, ze nieuwe middelen om koffie te verwerken en te verkopen te kunnen bieden en ze te verenigen door ze stemrecht te geven bij de beslissingen van Capucas – inmiddels zijn er meer dan 700 bij aangesloten.
Angélica Paz herhaalt dat aantal tijdens het gesprek meermaals, en met trots: ‘Het werk bij Capucas’, zegt ze, ‘heeft ervoor gezorgd dat de boeren er zowel economisch als sociaal op vooruit gaan. We hebben in onze regio heel veel vooruitgang geboekt, op veel verschillende vlakken.’
Capucas: ‘meer dan alleen koffie’
De reis naar Capucas is een lange, zo’n 12 uur met de auto vanaf de nationale luchthaven Palmerola, maar het verveelt geen moment. Als de bezoeker eenmaal het hoger gelegen gebied in de provincie Copán bereikt, maken de tropische laagvlakten vol bananenplantages plaats voor door diepgroen bedekte, ruige bergketens, met hier en daar een vlekje van bebouwing.
De autowegen slingeren zich door dalen en langs hellingen, worden zienderogen smaller en het klimaat geleidelijk iets koeler in vergelijking met de vlaktes in het midden van het land. Dit is een van de regiones cafetaleras, de koffieregio’s, wat mettertijd steeds zichtbaarder wordt door de talloze borden die fincas, koffieplantages, en koffiehuisjes op de route naar het gebied aankondigen.
Zelf is Capucas een groot complex van verschillende gebouwen, tussen talloze kleine fincas in. Het hoofdgebouw doet denken aan een typisch Latijns-Amerikaanse plaza, een plein omringd door kantoren, een winkel, een restaurant en een vergaderruimte, en het productiehart van de coöperatie: de metalen en betonnen, industrieel aandoende koffiebranderij.
In de omgeving van het gebouw staan verspreid nog enkele andere gebouwen, waaronder een broeikas waar de koffiebonen worden gedroogd en het kantoortje van een exclusief door vrouwen geproduceerd koffiemerk. Wie het modderige weggetje bij de ingang van de coöperatie volgt, komt uit bij een verzameling huisjes en een restaurant waar gasten kunnen overnachten.
Maar Capucas is méér dan koffie alleen, benadrukt Paz. Ze wijst naar de kleine kliniek die iets verderop staat. ‘Ook in sociaal opzicht hebben we stappen gemaakt. Zo was er hier voorheen een kliniek die werd beheerd door een arts die door het ministerie van Gezondheid was betaald, maar inmiddels betalen we vanuit de coöperatie zelf een huisarts’, legt ze uit. ‘En we hebben de allereerste “virtuele school” van Honduras opgericht.’
Het is dan ook niet zomaar een coöperatie. Behalve door het bundelen van de krachten van boeren, steun bij het verwerken en verkopen van koffie, het aanboren van nieuwe markten en het versterken van de sociale cohesie in de gemeenschap rondom de coöperatie is Capucas ook zeer vooruitstrevend.
Niet alleen op kwalitatief vlak – de geproduceerde koffie is biologisch en heeft een aantal certificaten die de bijzondere kwaliteit ervan onderschrijven –, maar ook op twee vlakken waar Honduras zelf nog veel terrein op moet winnen: de rol van vrouwen in de coöperatie en het gebruik van nieuwe technologieën.
Capucas’ virtuele school
Het versterken van de positie van boeren begint met traceerbaarheid
Op beide gebieden speelt Angélica Paz een sleutelrol, in partnerschap met de organisaties Fairfood en Solidaridad, die sinds enkele jaren innig met de coöperatie samenwerken. Ze is de aanjager van de vernieuwingen die Capucas nu doorvoert.
Ze vertelt over het introduceren van Trace, de applicatie van Fairfood die het voor de boeren mogelijk maakt om vanaf hun mobiele telefoon hun eigen koffiebonen vanaf de oogst tot aan de kop koffie elders in het land of de wereld te volgen.
Het is een uiterst innovatieve manier van werken in een traditionele agrarische sector, die bovendien wereldwijd wordt gedomineerd door multinationals die enorme winsten maken op massaproductie en verkoop van koffie, terwijl de boeren in landen als Honduras nauwelijks profiteren van de enorme vraag naar hun product.
Dat laatste leidt tot wat sommige economen de ‘koffieparadox’ noemen: terwijl de koppen in westerse koffiehuizen steeds duurder werden, zagen de boeren in Honduras er bitter weinig van terug. Voor hen was het onmogelijk te achterhalen wáár precies al die waarde aan hun product werd toegevoegd, omdat de bonen traditioneel aan grote bedrijven werden verkocht – en vanaf dat moment verdween de koffie uit hun zicht, in de mondiale productie- en distributieketen.
Trace is een van de innovaties die aan die situatie een einde wil maken. Door de boeren informatie te verschaffen over waar hun koffie terechtkomt, hebben ze zelf meer inzicht en daardoor ook meer controle over wat er met hun product gebeurt. Trace gebruikt daarvoor de blockchain, bekend als de onderliggende technologie van digitale munten als bitcoin.
En daarmee is Trace volgens Angélica Paz cruciaal om de sociaaleconomische positie van de boeren te verbeteren. ‘Het zorgt voor participatie, voor de empowerment van de producenten’, zegt ze. ‘Als de boeren weten wat er met hun koffie gebeurt, zijn ze beter in staat om beslissingen binnen de coöperatie te nemen.’
Door de boeren informatie te verschaffen over waar hun koffie terechtkomt, hebben ze zelf meer inzicht en daardoor ook meer controle over wat er met hun product gebeurt.
Het kostte de leden van Capucas wel een tijdje om aan Trace te wennen. ‘Aan het begin was er wat angst voor zo’n nieuwe technologie – sommigen vroegen zich af wat ze ermee aan moesten!’ lacht Paz. ‘Daarom hebben we ook de gezinnen aangesproken, de vrouwen en de kinderen. Vooral de jongere generatie had wel interesse: als de vader terughoudend was, konden we via de moeder en de kinderen daarom alsnog met de app aan de slag.’
Maar Trace gaat niet alleen over de boeren in het algemeen: het is ook een krachtig instrument om de positie van vrouwen in de koffie-economie te verbeteren – en daarmee past het perfect in de filosofie van het RECLAIM Sustainability!-consortium.
Een medewerker van Fairfood legt koffieboeren het gebruik van Trace uit
Over RECLAIM! Sustainability
De consortiumpartners van RECLAIM Sustainability! zijn Solidaridad, Fairfood, Business Watch Indonesia en TrustAfrica. Het programma is in zeventien landen actief op het gebied van cacao, goud, koffie, thee, palmolie en katoen en textiel, met een speciale focus op de lokale voedselsystemen in Afrika. Het programma streeft naar een radicaal nieuw machtsevenwicht en een echte transformatie die aan de kleine boeren, arbeiders en mijnwerkers aan het begin van de waardeketens ten goede komt. Er kan volgens het programma immers geen sprake zijn van echte duurzaamheid als de mensen die ‘onze’ goederen produceren in armoede blijven leven, als natuurlijke hulpbronnen niet duurzaam worden beheerd, als de burgerlijke ruimte in veel landen beperkt is of zelfs blijft krimpen en als de arbeidsomstandigheden van miljoenen producenten abject zijn.
De genderkloof dichten
Intussen is het van belang te erkennen dat Sofía Núñez, landenmanager voor Solidaridad Honduras, door de koffiesector is erkend als de hoofdpromotor van een overeenkomst die in 2021 is ondertekend met de Hondurese Nationale Koffiecommissie om een nationaal genderbeleid te ontwikkelen dat de positie van vrouwen in de sector verbetert en de genderkloof zal dichten.
Want die kloof is nog steeds groot in Honduras, een land waar de klassieke notie van de man als het hoofd van de familie en de kostwinner van het gezin in de samenleving nog steeds diepgeworteld is.
Het idee dat vrouwen actief aan de economie deelnemen, zelf bedrijven kunnen leiden en de productie van koffie in handen kunnen nemen, is op veel plaatsen een novum, zeker op het platteland. Het is dan ook niet verbazend dat de vooruitstrevende ideeën van Paz en RECLAIM Sustainability! over gendergelijkheid en empowerment van vrouwen tijd nodig hadden om echt in Capucas wortel te schieten.
‘Het was nog niet eens zo lang geleden ondenkbaar dat vrouwen aan het hoofd van een finca konden staan, dat gebeurde gewoon niet’, zegt Paz. ‘De mensen zeiden dat vrouwen thuis moesten blijven, dat hun rol die was van het huishouden doen en voor de kinderen zorgen.
‘Zeker aan het begin was het een hele uitdaging. Ik had veel steun van mijn baas hier, maar in de vergaderingen zaten veel mannen die ouder waren dan ik – en als vrouwen hebben we toch altijd een beetje de neiging onszelf te beperken.’
Tijdens de bijna acht jaar sinds ze bij Capucas werkt, is het haar met Solidaridad evenwel gelukt om een fundamentele mentaliteitsverandering in de coöperatie door te voeren. Anno 2023 zijn er talloze vrouwen die zelf een koffieplantage beheren, die meestemmen bij de beslissingen die Capucas neemt en die het inkomen van het gezin deels of zelfs helemaal beheren.
Daarbij merkt Paz ook iets opvallends op, verwijzend naar nieuwe technologieën zoals Trace: terwijl mannen, zoals gezegd, vaak wat terughoudend zijn in het accepteren van nieuwe technieken in de koffieproductie, zijn het de vrouwen die binnen de coöperatie innovatie omarmen, samen met de jongere leden van het gezin.
Angélica Paz“Ik durf te zeggen dat we bij Capucas in zekere zin al gendergelijkheid hebben bereikt, door middel van een bewustwordingsproces met Fairfood en Solidaridad. En het zijn niet alleen de vrouwen die zich er nu van bewust zijn dat ze een finca kunnen beheren, ook steeds meer mannen accepteren dat.”
En hoewel Honduras als geheel nog een lange weg te gaan heeft, stelt ze dat niet alleen Capucas die veranderingen ondergaat: ‘Ik denk dat er in de koffiesector in het algemeen een mentaliteitsverandering zichtbaar is – het taboe dat alleen mannen het kunnen doen, wordt doorbroken.’
Trace heeft er in het geval van Capucas flink bij geholpen: vrouwen kunnen immers pas meer controle over hun eigen rol in de sector krijgen, als ze weten hoe de koffieproductie werkt.
Koffieteelt op het terrein van de Capucas-coöperatie
De verfijnde smaken van Hondurese koffie en waarom we ze niet kennen
Honduras is een grote speler in de koffie, en dat is in Europa minder bekend dan in Latijns-Amerika. Eerder denkt men aan Brazilië, Ethiopië of Colombia, landen die jaarlijks enorme hoeveelheden exporteren. Toch is ook Honduras, met zo’n tien miljoen inwoners, een grote producent: volgens het Hondurese Instituut voor Koffie (IHCAFE) was het land in het oogstseizoen 2021-’22 goed voor ruim zes miljoen quintales, een lokale eenheid die voor honderd kilogram aan koffie staat.
De Hondurese koffie is van een uitzonderlijke kwaliteit, zelfs in een regio waar het met Guatemala en Mexico moet wedijveren. De veelal kleine plantages liggen door het ruige en grillige berggebied in de verschillende regiones cafetaleras vaak op verschillende hoogten, met variaties aan vochtigheid, schaduw en zonlicht – daardoor kan het microklimaat in de koffiezones zelfs van gemeente tot gemeente verschillen, en daarmee de smaak en karakteristieken van lokale koffie.
Toch is Honduras nooit een internationale grootmacht op koffiegebied geweest, en dat heeft alles te maken met de economische staat van het land. Zelfs voor Midden-Amerika, een verarmde regio in Latijns-Amerika waar onveiligheid, armoede, politieke instabiliteit en – recenter nog – natuurrampen honderdduizenden mensen tot emigratie dwingen, heeft Honduras een relatief slecht ontwikkelde infrastructuur.
Daardoor exporteerde het land jarenlang minder dan tien procent van de koffie en kon het nooit echt van de potentiële rijkdom van het product profiteren, zeker niet in vergelijking met de veel rijkere grootmachten Brazilië en Colombia. Die problemen zijn op het nationale macroniveau nog steeds niet verholpen, zegt Paz, maar dat wil niet zeggen dat er op het microniveau van Capucas geen grote vooruitgang is geboekt.
‘We hebben inmiddels meer dan 50 internationale kopers van onze koffie’, zegt ze. ‘Sinds vorig jaar heb ik ook met de coöperatie aan het verkrijgen van een certificaat gewerkt om koffie in China te kunnen verkopen – dat is gelukt, en daarmee zijn we de eerste Hondurese producent die toegang tot de Chinese markt heeft gekregen.’
De groei, innovatie en het succes van Capucas logenstraft evenwel een schaduw die boven de Hondurese koffiewereld als geheel hangt: een vergrijzing van de in de sector werkzame bevolking. De gemiddelde leeftijd van de koffieboeren in Honduras is tot maar liefst 55 jaar gestegen en er is een groot gebrek aan jongere Hondurezen die bereid zijn in de sector te gaan werken.
Een voorname oorzaak van het gebrek aan verjonging is de enorme migratie van jonge Hondurezen naar de Verenigde Staten: volgens het Washington Office for Latin America (WOLA), een Amerikaanse denktank, vormden Hondurezen de op twee na grootste groep migranten die door de Amerikaanse autoriteiten aan de zuidgrens met Mexico werd aangetroffen. Het aantal Hondurese immigranten in de VS is volgens Washington in de eerste twee decennia van deze eeuw gestegen van ruim een kwart miljoen tot meer dan één miljoen.
Het zijn veelal jongeren, die liever een nieuw leven proberen op te bouwen in de VS dan dat ze het bedrijf van hun ouders overnemen, vertellen enkele jongere medewerkers van Capucas tijdens een rondleiding langs de installaties van de coöperatie.
Het is een probleem van de toekomst, maar Angélica Paz denkt dat er om diezelfde reden ook mogelijkheden liggen om de koffiesector te hervormen. ‘Het zijn vaak mannen die uit Honduras vertrekken’, zegt ze, ‘en de vrouwen blijven achter – zo zien we steeds vaker dat vrouwen de leiding over fincas nemen.’
Een uitwisseling in Colombia bracht vrouwelijke koffieboeren uit Honduras en Colombia samen om hun ervaringen te delen en van elkaar te leren. Angélica Paz staat op de voorste rij links.
Ze is dan ook nog lang niet klaar met haar werk bij Capucas. Eerder reisde ze met Solidaridad naar Colombia voor een bijeenkomst met vrouwen uit Latijns-Amerika: een bijzondere ervaring, en niet alleen omdat ze voor het eerst Honduras verliet, ook ontdekte ze in de contacten met andere vrouwen uit de regio dat hun ervaringen in de sector overeenkwamen.‘Ik zou graag verder willen studeren om nog meer projecten te doen’, zegt ze enthousiast. ‘Ik heb nu een licenciatura (het Latijns-Amerikaans equivalent van een Bachelor of Arts, red.), maar ik wil ook graag een master volgen in projectmanagement. Capucas heeft nu al vijf projecten op nationaal niveau in Honduras – ik wil daar graag verder aan werken.’
Angélica blijft zich inzetten voor een inclusievere en technologisch innovatievere koffiesector. Bij publicatie van dit artikel is ze projectcoördinator van PROEXO, een organisatie van koffieproducenten die deel uitmaakt van de Hondurese sociaal-economische sector. PROEXO streeft ernaar de concurrentiekracht van haar leden te vergroten door middel van technische assistentie en toegang tot gedifferentieerde markten, met eerlijke, stabiele en constante handelsrelaties (red).
Meer lezen? Dat kan! Klik hier voor de andere artikelen van de Vice Versa ‘Power of Voices’-special: