Verantwoorde goudmijnbouw in Peru; het kan maar is eerder een uitzondering dan de standaard. Foto: Patricio Crooker
Meer partijen moeten zich aansluiten en stappen zetten
Het jaarverslag werd gepresenteerd tijdens een bijeenkomst bij de Vakschool voor juweliers, goud- en zilversmeden in Schoonhoven. Zo werd het convenant meteen extra onder de aandacht gebracht bij studenten en bedrijven die zich nog niet hebben aangesloten. De opkomst was hoog. Dat geeft hoop, want meer aangesloten bedrijven en meer transparantie over de herkomst van goud zijn hard nodig om van dit convenant een succes te maken. Komend jaar zal het aantal aangesloten partijen moeten verdubbelen naar 40 en er moeten sneller en meer stappen worden gezet.
Op weg naar verantwoorde inkoop en transparantie
In het jaarverslag valt te lezen dat de focus het eerste jaar heeft gelegen op het opzetten van de samenwerking en het begeleiden van bedrijven bij het implementeren van internationale richtlijnen voor mensenrechten, arbeidsomstandigheden en milieu in complexe internationale handelsketens. Hierin zijn inderdaad stappen gezet en de brancheorganisaties en enkele bedrijven zijn begonnen met het ontwikkelen van een gedragscode voor verantwoorde inkoop van goud. Twee bedrijven hebben de stap gezet om vragen te stellen aan hun leveranciers en die informatie te delen op hun website. Dat is een belangrijke stap op weg naar meer transparantie in de keten.
Maar het gaat allemaal langzamer dan gepland en belangrijke mijlpalen zijn doorgeschoven naar het tweede jaar. Zo is het de brancheorganisaties niet gelukt om binnen 6 maanden een gedragscode te maken en te beginnen met de uitrol onder haar leden. Ook heeft slechts de helft van de bedrijven publiekelijk verklaard te gaan opereren volgens de internationale OESO-richtlijnen, en maar vijf van de twaalf bedrijven kwam de belofte na om een jaarrapportage te publiceren over hun inspanningen.
Herkomst goud
De roep van consumenten om meer informatie over de herkomst van goud neemt langzaam toe. Want de consument waardeert en accepteert geen sieraad uit mijnen waar sprake is van milieuvervuiling en uitbuiting. Tijdens de bijeenkomst in Schoonhoven waren alle deelnemers het erover eens: Het vergroten van de bewustwording bij consumenten, juweliers, goudsmeden en bij studenten is hard nodig. Het stellen van vragen is een cruciaal begin. Door de consument bij de juwelier of goudsmid, maar ook door professionals aan hun leveranciers, bij de groothandel en aan smelterijen.
Textielconvenant is goed voorbeeld
Het textielconvenant is verder dan het goudconvenant. De productielocaties waar Nederlandse retailers hun kleding laten maken zijn al in kaart gebracht en de deelnemende bedrijven werken aan meer transparante communicatie. Dat is een voorwaarde om gericht aan verbeteringen van de productieomstandigheden te kunnen werken. Het is ook de cruciale eerste stap die de partijen in de goudsector moeten zetten. Wat betreft Solidaridad is er in het eerste jaar te weinig vooruitgang geboekt. We ervaren te weinig urgentie in de sector. Meer marktpartijen zullen verantwoordelijkheid moeten nemen, zich aansluiten bij het goudconvenant en daadwerkelijk de herkomst van hun goud moeten onderzoeken.
Lees verder op de website van de SER in het jaarverslag over het goudconvenant en het persbericht.